Trajectcontrole wordt draadloos





 

Tweederde van de trajectcontroles in Nederland staat momenteel uit, want de systemen worden vernieuwd. Belangrijkste verandering is dat de magnetische lussen in de weg worden vervangen door lasersystemen.

Het blijkt niet eenvoudig om erachter te komen wat precies nieuw is. De politie vertelt niet graag over trajectcontroles, zeker als het gaat om de achterliggende techniek. Via de Wet Openbaarheid van Bestuur stelde men toch meer informatie beschikbaar.

Het blijkt dat vier fabrikanten de nieuwe trajectcontrolesystemen leveren: ARS Traffic & Transport Technology, Gatsometer, SC Computer Sciences en Siemens Nederland. Alle systemen moeten voldoen aan dezelfde voorschriften.

Van trajectcontrolesysteem ARS Traject Controle 3 model TP8283 kon het meest gedetailleerd worden ontrafeld wat het kan en hoe het werkt. Het heeft drie essentiële onderdelen: een systeem voor detectie en beeldregistratie, een wegkantsysteem en een centraal systeem voor meeteenheid en registratie. Het heeft een aanwijsbereik van 20 tot 300 km/h, een resolutie van 1 km/h, een minimum trajectlengte van 400 m en een detectiezone van 2 m. Het temperatuurbereik is -15 tot +6o°C. De tijd wordt gesynchroniseerd met gps-tijdontvanger. Het systeem werkt met tenminste twee meetpunten met beeldregistratie en een wegkantsysteem per meetpunt. Elk voertuig dat een meetpunt passeert, wordt met laser gedetecteerd en vastgelegd op beeldregistratie met bijbehorend tijdstempel. Uit het beeld worden de karakteristieke kenmerken van het voertuig bepaald. Die worden verzonden naar de centrale computer, die de kenmerken vergelijkt. Overeenkomende kenmerken van het voertuig worden aan elkaar gekoppeld. Van ieder gekoppeld voertuig wordt de snelheid berekend, en geregistreerd bij overtreding van de snelheidslimiet. De kastjes boven de weg hebben een firewall en zijn uitgerust met deursensor en real-time controle op sabotageacties.

Draadloos
Woordvoerder Ernst Koelman van de afdeling Centrale Verwerking van het Openbaar Ministerie licht de voornaamste verschillen met het oude systeem toe: ’Een technisch belangrijk verschil is dat voorheen met magnetische lussen in de weg werd gewerkt, zoals je van stoplichten kent. De lus detecteerde het voertuig, waar dan een foto van werd gemaakt.’ De nieuwe systemen werken dus met laserdetectie. ’Dat is voor ons relevant, want zo zijn we niet meer afhankelijk van het wegdek en eventuele veranderingen daaraan door bijvoorbeeld strenge vorst.’ Bovendien wordt alle data nu niet meer via kabels verzonden, maar draadloos. Interessant is nog het beperkte aanwijsbereik tot 300 km/h. Ontspringen ware snelheidsduivels de dans? ’Niet per se,’ zegt de woordvoerder. ’Dit zijn de minimale eisen, het is niet gezegd dat het eventueel hogere snelheden niet ook kan controleren.’

 
 
Bron: Technisch Weekblad (papieren versie)
 
  3-7-2015  


|

FlitsKaart