Individueel rijgedrag vóór, tijdens en na een file fotografisch gevolgd en in kaart gebracht





 

Heli's voor betere verkeersmodellen. Dat is het doel van een onderzoeksproject van Rijkswaterstaat. Met het fotografisch volgen en in kaart brengen van individueel rijgedrag vóór, tijdens en na een file, verwerft de wegbeheerder praktijkgegevens waarmee de huidige modellen op een nieuwe, aangepaste leest geschoeid kunnen worden. Winst voor de weggebruiker: snellere en accuratere voorspelling van tijd en plaats van files. En mogelijkerwijs óók aanbevelingen voor rijgedrag waarmee congestie en filekans verminderd kunnen worden.

De eerste helikoptervlucht vorig jaar diende om foto-observatie- en waarnemingstechnieken te testen. Komende zomer staat een hernieuwde proef op stapel waarmee met 'gyroscopische mounting' de camera stabieler voertuigen in het oog kan houden.
Verkeersmodellen (voor het hoofdwegennet is een groot aantal modellen beschikbaar) zijn van wetenschappelijk-technisch hoge kwaliteit. 'Toch zijn die modellen in de kern nog steeds op individueel voertuig-volggedrag en rijgedrag uit de jaren zeventig gebaseerd', legt projectleider Marco Schreuder van de Adviesdienst Verkeer en Vervoer uit. Een van de handicaps is dat gegevensinwinning afhankelijk is van de detectielussen. En die liggen gemiddeld zo'n zeshonderd meter uit elkaar. 'Op wat er tussen die lussen gebeurt, hebben we geen gezicht.’

Een 'gat' van fundamenteler aard is dat de modellen los staan van de praktijk. 'Het zijn en blijven theoretische modellen', aldus Schreuder. 'Het is dan ook goed mogelijk dat er een flinke lacune bestaat met de praktijk omdat er nu geen koppeling is met empirische gegevens. Het is aannemelijk dat op dit punt nog een forse winst geboekt kan worden'. Als het gat tussen theorie en praktijk kleiner wordt, kunnen de modellen bijgeschaafd worden. De helikoptervluchten dragen zo bij aan modelvalidatie en - kalibratie.

Met de eerstvolgende vlucht- en fotosessie wil men de cyclus van een file en het daarbij optredende rijgedrag nauwgezet in beeld brengen: van opbouw tot en met het oplossen ervan. Met de wentelwiek op vijfhonderd meter hoogte (hoog genoeg om geen verstoring en beïnvloeding van het wegverkeer te veroorzaken) worden acht beeldjes per seconde geschoten. Tijdens het vorig jaar uitgevoerde pilot-project werd 93 tot 98 procent van de voertuigen gedetecteerd. Verwacht wordt dat door aanpassing van de software en verbetering van fototechnieken een hoger percentage (zelfs tot 100 procent) gehaald wordt. Aan de hand van de fotobeelden kunnen verkeerskundige karakteristieken worden geanalyseerd. Voorbeelden daarvan zijn 'voertuigtrajectorieën' (een tijd/weg-diagram voor een bepaald voertuig op een wegvak). Daaruit kunnen snelheden, volgafstanden, intensiteiten en dichtheden worden afgeleid.

Analyseren

Voor het project gaat AVV in zee met TU Delft en TU Twente, waar twee promovendi de helikoptergegevens gaan analyseren. Niet alleen voor congestie en files kunnen de cameragegevens tot verbeteringen leiden. Schreuder wijst ook op de mogelijkheid om bij wegwerkzaamheden en versmalde rijstroken het individueel rijgedrag beter te kunnen analyseren. Camera's langs de weg, hoe verdekt ook opgesteld, geven niet altijd even betrouwbare informatie. Al was het maar omdat personenwagens schuil kunnen gaan achter vrachtauto's.
Eerder dit jaar, tijdens de annual meeting van de Transport Research Board in New York, oogstte een presentatie van de Nederlandse plannen al ruime internationale belangstelling. Welke winst verbeterde modelvalidatie en -kalibratie biedt, blijft vooralsnog een open vraag. Dat met de praktijk en theoriekoppeling nu het ultieme verkeersmodel binnen handbereik komt, staat evenmin vast.

Wel komt de huidige generatie modellen als het goed is letterlijk met twee benen op de grond te staan, dat wil zeggen: ze blijven niet langer op theoretisch-wetenschappelijk niveau zweven maar worden objectief toetsbaar aan de praktijk. Uiteindelijk moet de toetsing van verkeersmodellen aan 'congestiedata-vanuit-de-lucht' betrouwbaardere en betere modellen opleveren met betere verkeersmodellen. Tot filevermindering hoeft het op voorhand niet te leiden. 'Daar komt echt meer bij kijken', aldus Schreuder. Wel kan met verbeterde modellen een betere inschatting gemaakt worden van het effect van allerlei verkeerskundige maatregelen.

 
 
Bron: Verkeerskunde.nl
 
  18-8-2003  


|

FlitsKaart