Eerder thuis, maar ook eerder dood





 

Het mag sinds dit jaar op een aantal wegen en wordt volgend jaar breed ingevoerd: 130 rijden. Het blijkt behoorlijk gevaarlijk. Er is bijna een kwart meer kans op een ernstig ongeluk.

Verwarring over 130 km-borden
130 op 60 procent snelwegen
VVD wil meer 130 km-wegen
WOB-bijlage 1: Snelheidsverhoging autosnelwegen (pdf)
WOB-bijlage 2: Snelheidsverhoging autosnelwegen (pdf)
WOB-bijlage 3: Snelheidsverhoging autosnelwegen (pdf)

In tot nog toe vertrouwelijke stukken erkent Rijkswaterstaat dat er op verschillende autosnelwegen waar de maximumsnelheid naar 130 kilometer per uur is gegaan, sprake is van een ‘hoog ongevalsrisico’. Dat blijkt uit 129 stukken die De Pers verkreeg na een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur.

De A58 tussen het Brabantse Roosendaal en Bergen op Zoom is van alle 130-wegen met afstand het gevaarlijkst. Op deze weg zijn automobilisten sinds 30 juni – de dag waarop de maximumsnelheid daar inging – niet alleen eerder thuis, maar ook eerder dood.

Het risico op een ernstig ongeval is op de A58 126 procent hoger dan het landelijk gemiddelde voor vergelijkbare snelwegen, blijkt uit risicocijfers van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Op dat stukje Brabantse snelweg vallen gemiddeld acht doden en ziekenhuisgewonden per jaar.

Automobilisten mogen sinds 1 maart op de A7 het gaspedaal iets dieper indrukken. De weg over de Afsluitdijk was de eerste van acht proeftrajecten waar een maximumsnelheid van 130 kilometer per uur is ingevoerd.

Volgens het ministerie ‘weerspiegelen’ de geselecteerde trajecten de kwaliteit van het hele Nederlandse wegennet. Uit de relatieve risicocijfers van het ministerie blijkt nu dat de kans dat je op een 130-weg bij een ernstig ongeval betrokken raakt 23 procent hoger is, dan het landelijk gemiddelde voor hetzelfde type autosnelwegen.




De A58, die samen met de A17 één van die acht trajecten vormt, is niet de enige weg die slecht scoort. ‘Wat opvalt zijn de relatief hoge ongevals-?risico’s van de A7, A17 en A58’, zegt Rijkswaterstaat in een tot nu toe vertrouwelijke memo. Op zes van de acht snelwegen waar je nu 130 mag, is het risico op een ongeval hoger dan het landelijk gemiddelde op vergelijkbare wegen.

De A7 richting de Afsluitdijk staat op de derde plaats in de gevarenlijst. Tussen 3 maart en 18 juli waren er op die snelweg 58 ongevallen, waarvan 13 met letsel, blijkt uit de ongevalcijfers. Zeventien voertuigen raakten de vangrail. Zeker drie mensen belandden in het ziekenhuis. Zo vloog er een auto uit de bocht op de afslag naar Den Oever, raakte een auto in de slip bij Scharwoude met letsel tot gevolg en verloor een automobilist bij Wieringerwerf de macht over het stuur.

Op de vraag hoe het aantal ongelukken op de A7 zich verhoudt tot dezelfde periode vorig jaar, wil het ministerie geen antwoord geven. Volgens Infrastructuur en Milieu zijn de aantallen ‘statistisch gezien niet groot genoeg om betrouwbare uitspraken te kunnen doen over het effect van de snelheidsverhoging op de verkeersveiligheid’.

Het ministerie wijt de verkeersonveiligheid onder meer aan ‘kort op elkaar liggende afritten’, zoals bijvoorbeeld op de A58 ‘ter hoogte van de toerit van verzorgingsplaats De Wouwse Tol’ – waar ook een Van der Valk Hotel zit – ‘en een afrit die kort daarop volgt’.

Het ministerie wil de extra doden die dreigen door de nieuwe maximumsnelheid tegengaan door bijvoorbeeld extra lange invoegstroken. Het is echter nog maar de vraag wanneer de werkzaamheden daarvoor klaar zijn. Verkeersminister Melanie Schultz van Haegen trekt daar tussen 2012 en 2018 in totaal 139 miljoen euro voor uit. Maar als het aan de VVD-bewindsvrouw ligt gaat de maximumsnelheid al per 1 september volgend jaar op bijna 60 procent van de wegen naar 130. In totaal gaat dit om zo’n 1.400 kilometer autosnelweg. Bovendien mogen de automobilisten op de proeftrajecten met een totale lengte van zo’n 300 kilometer ook 130 blijven rijden. Als ze tenminste het risico aandurven.

Verantwoording
Om risicocijfers te bepalen kijkt het ministerie van Infrastructuur en Milieu naar verkeerskundige indicatoren die verband houden met verkeersveiligheid. Belangrijkste daarvan is de werkelijk gereden gemiddelde snelheid. Die is op de 130-wegen toegenomen met 3 kilometer per uur. Aan de hand van die indicator kan met wiskundige formules Nilsson/Elvik het effect van de snelheidsverhoging op bestaande ongevalcijfers worden ingeschat. De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek (SWOV) verwijst naar deze methode voor de relatie tussen snelheid en ongevallen. En de TU Delft heeft deze zomer geconcludeerd dat dit de best beschikbare methode is. De Pers heeft via de Wet openbaarheid van bestuur ook gevraagd naar het exacte aantal ongelukken dat plaatsvond in de proefperiode met de 130-wegen. Tussen 3 maart en 18 juli waren er op de A7 richting en over de Afsluitdijk – waar de nieuwe snelheidslimiet als eerste inging – 58 ongevallen, waarvan 13 met letsel. Het ministerie weigert het antwoord op de vraag hoe dat aantal ongelukken zich verhoudt tot het aantal ongevallen in dezelfde periode vorig jaar. De percentages zijn het relatieve risico op de 130-wegen ten opzichte van het landelijk gemiddelde voor hetzelfde type snelwegen waar je géén 130 mag. Op zes van de acht trajecten is de kans op een ernstig ongeluk – dood of in het ziekenhuis – nu groter.

 
 
Bron: De Pers
 
  12-1-2011  


|

FlitsKaart