Kruidenieren





 

Ergens moet je een grens trekken. De dooddoener die zegt dat men eigenlijk geen vertrouwen heeft in vrijheid en geen vertrouwen mag hebben in de kwaliteiten van met name andere mensen.



Met de dooddoener "ergens moet je een grens trekken" leert de overheid de burger om altijd een ander de schuld te geven, want met name andere mensen zijn niet in staat om wijze beslissingen te nemen als er geen grenzen zijn. Dit staat natuurlijk haaks op het motto "eigen verantwoordelijkheid" dat de visie is van het huidige kabinet.



Verkeersofficier Koos Spee leert de automobilisten nog meer om naar anderen te wijzen. Een geraffineerde "verdeel en heers"-strategie. Als je gaat flitsen vanaf 60 km/u waar je 50 km/u mag, dan gaan mensen weer klagen omdat ze voor 61km/u zijn geflitst. Als je pas gaat flitsen vanaf 65 km/u, dan gaan mensen klagen omdat ze met 66 km/u zijn geflitst. Spee noemt dit "kruidenieren", naar het onderhandelen en afdingen dat vroeger veel vaker voorkwam tijdens het boodschappen doen.



Spee gaat er vanuit dat de automobilist alleen maar sneller wil, maar deze redenering is een grote vergissing. Dat maakt Spee niet zoveel uit want die vergissing brengt geld op.



In de tijd dat er nog geen snelheidslimieten waren, moesten mensen op eigen verantwoordelijkheid zelf hun snelheid bepalen. Dit werd gedaan door de snelheid naar de situatie te spiegelen en op basis daarvan de snelheid te reguleren. Enkelen waren niet in staat om dit op verantwoorde wijze te doen, met alle gevolgen vandien. Daarom moesten er snelheidslimieten komen.



Spees kruidenieren haalt helemaal bakzeil, kijkend naar de manier waarop snelheidslimieten vroeger werden bepaald. Men ging de snelheid van het verkeer meten die tot stand kwam op basis van eigen verantwoordelijkheid. Vervolgens heeft men gekozen voor de 85 procentiel, dit is de snelheidslimiet waar 85% van de verkeersdeelnemers zich aan houdt. Studies hebben uitgewezen dat automobilisten die een snelheid aanhouden tussen de 85 en de 90 procentiel het minste kans hebben op een ongeval – dit heeft natuurlijk weinig met snelheid zelf te maken, eerder met ervaring.



De gebruikte methode om een limiet vast te stellen was dus in bepaalde opzichten "democratisch", de mensen hebben er zelf voor gezorgd. Dat betekent dus ook, dat binnen de oude wereld van eigen verantwoordelijkheid de mensen (op enkelen na) *niet* de neiging hadden om steeds sneller te willen rijden. Dus Spees redenering van kruidenieren gaat niet op. Het steeds sneller willen rijden bestond niet in de wereld zonder grenzen. Daarmee kan het ook niet bestaan in onze huidige wereld mét grenzen.



De chauffeur spiegelt zijn snelheid naar de omstandigheden. Er bestaat dus al een bepaalde natuurlijke grens waarbij de gemiddelde snelheid van het verkeer niet toeneemt. Kortom, het kruidenieren heeft een maximum.



Punt is, dat het vaststellen van limieten tientallen jaren geleden is gebeurd. In de tussentijd zijn wegen verbeterd, zijn auto’s veiliger geworden. Bovendien kunnen wij tegenwoordig veel sneller veel meer informatie op adequate manier verwerken. Daarmee heeft het proces waarbij de automobilist zijn snelheid spiegelt naar de omstandigheden tegenwoordig waarschijnlijk hogere waarden.



Als het toenmalige experiment voor het bepalen van de hoogte van snelheidslimieten herhaald zou worden, is de kans groot dat die limieten dus iets hoger liggen. Het vaststellen van limieten is in die zin geen democratisch proces, want onze voorvaderen hebben die grenzen vastgesteld in omstandigheden en met auto’s die inferieur zijn ten opzichte van de tegenwoordige stand van zaken.



Spee slaat dus compleet de plank mis met zijn redenering dat de automobilist alleen maar sneller wil. Voor die enkelen die niet in staat zijn om verantwoordelijkheid te dragen zijn snelheidscontroles een uitstekend middel. Maar het kruidenieren waar Spee het over heeft is niet meer dan een sprookje. Mensen zijn namelijk van nature begrensd en daarin vindt de natuurlijke totstandkoming van limieten zijn waarden. De limiet binnen de bebouwde kom is 50 km/u omdat decennia geleden 85 procent deze snelheid als veilige snelheid heeft gekozen.



Daarbij komt ook kijken, dat het heel erg moeizaam is om een snelheidslimiet te verhogen. Veel burgers zullen het er niet voor over hebben om zich daarvoor in te zetten, ondanks het feit dat zij iedere dag zich aan een te lage limiet ergeren. De wetshandhaver Koos Spee doet er daarom goed aan om die pijn te verzachten door soepeler om te gaan met de handhaving.



Maar dat zal Spee nooit doen, want die boetes van 4 km/u te snel is nu juist datgene waar Spee zijn geld mee verdient.

 
 
Bron: Flitsservice
 
  8-9-2004  


|

FlitsKaart