Een EU-plan waardoor automobilisten bepaalde buitenlandse bekeuringen steeds thuisgestuurd krijgen, lijkt op de lange baan te worden geschoven.

Ministers van Verkeer van de 27 EU-landen spreken donderdag over het plan. Maar in vooroverleg bleek al dat Duitsland en veel andere landen dwarsliggen over de juridische basis van het EU-voorstel. Ze willen een procedure waarbij alle 27 EU-landen het unaniem eens moeten worden, wat zeer lastig is.

Nederlanders krijgen al boetes van flitscamera’s vanuit enkele landen thuis, omdat Nederland relatief veel akkoorden heeft met andere landen. Maar dat is anders voor bijvoorbeeld Duitsers. Duitse automobilisten krijgen zelden een bekeuring als ze in een ander EU-land worden geflitst, omdat hun overheid niet meewerkt.

Voor minister Camiel Eurlings (Verkeer) staat voorop dat er een akkoord moet komen. Hij hoopt dat het verkeer zo veiliger wordt, meldde hij aan de Kamer.

Automobilisten drukken het gaspedaal namelijk nogal eens dieper in zodra ze de grens passeren. Buitenlandse automobilisten vormen maar 5 procent van het Europese verkeer, maar zorgen wel voor 15 procent van de overtredingen voor te hard rijden, stelt de Europese organisatie voor veilig verkeer ETSC. Het verkeer in de EU kost jaarlijks 43.000 levens.

Het Europees Parlement heeft eerder al wel ingestemd met het voorstel voor EU-breed doorsturen van verkeersbekeuringen. „Ik vind het ook niet leuk om zo’n bekeuring op de deurmat aan te treffen, maar het is wel logisch dat dit binnen Europa wordt geregeld”, stelde VVD-Europarlementslid Jeanine Hennis-Plasschaert toen.

De regeling gaat alleen gelden voor te hard rijden, rijden onder invloed of zonder gordel, of door rood rijden. Dus niet voor bijvoorbeeld met een mobieltje in de hand bellen onder het rijden, omdat dat nog niet in alle EU-landen is verboden.