Weggebruiker telt niet tot twee





 

De regel is praktisch onuitvoerbaar en naleving creëert juist files. Toch gaat het ministerie de 2-sec.-campagne volgend jaar herhalen,‘want zonder meerjarige aanpak en handhaving kun je op termijn geen effect verwachten’.



'Als iedereen in de ochtendspits zich letterlijk aan die regel zou houden, zijn de files binnen de kortste keren stukken langer', schampert onderzoeker Paul van Koningsbruggen van TNO-Inro in Delft. Volgens verkeerspsycholoog Cees Wildervanck is het een misvatting te denken dat je mensen zó sterk in een ‘contra-intuïtieve’ richting kunt duwen. Bovendien klopt het mechanisme van de regel niet. ‘Je gáát geen paaltje langs de weg in de gaten houden om vervolgens de seconden te tellen. Deze gedragsregel is gewoon praktisch onuitvoerbaar'.



Tot die negatieve conclusie laat communicatiespecialist Koos Tanis van het ministerie van Verkeer en Waterstaat en medeverantwoordelijk voor de '2 sec.-campagne' zich niet verleiden. 'Het gaat in de eerste plaats om mentaliteit, kennis en inzicht. Rond tweederde van de weggebruikers noemt het een heel bruikbare regel.' Concrete gedragseffecten (grotere volgafstanden) zijn veel moeilijker vast te stellen, beaamt Tanis.



Dit jaar hield de Adviesdienst Verkeer en Vervoer van Rijkswaterstaat een nulmeting op twaalf (meetlus)punten in het hoofdwegennet. Bij een doorgaande verkeersstroom (maximale volgtijden vier seconden) werd op werkdagen buiten de spitsen en tijdens weekends vastgesteld dat bijna driekwart (72 procent) van de automobilisten binnen de marge van twee seconden ten opzichte van de achterbumper van de voorligger reed. Niet minder dan 38 procent zat zelfs binnen de 1-seconde-grens. En 10 procent zat nog onder de halve seconde; de zogeheten bumperklevers.



Is de 2-seconden-regel dan nog wel houdbaar? Tanis: 'De hoofdzaak van de campagne is ‘afstand houden’. En het is voor ons ‘frappez toujours’, vandaar ook dat er voor volgend jaar herfst een nieuwe campagne komt. Zonder meerjarige aanpak en zonder handhaving waarvoor we samenwerken met de KLPD, kun je op termijn weinig verwachten.'
Een rekensom leert dat (de gemiddelde voertuiglengte even op nul stellend) een rijstrook bij een werkelijke volgtijd van twee seconden 1800 voertuigen per uur aankan. Bij eerder capaciteitsonderzoek, onder meer op de A2 en A50, bleek evenwel dat een driestrookssnelweg in de praktijk 'goed' kan zijn voor zo'n 8000 motorvoertuigen per uur, oftewel bijna 50 procent boven de 2-seconden-norm. Tegen het verzadigingsniveau bleken de gemiddelde volgtijden (van voorbumper tot voorbumper) rond de 1 seconde te liggen. Van Koningsbruggen concludeert hieruit dat de zintuiglijke waarneming en cerebrale verwerking waartoe mensen in de verkeershectiek kennelijk in staat zijn, méér tot uitgangspunt moet worden genomen. 'De vraag is dan: hoe kunnen we mensen in hun volggedrag ondersteunen, bijvoorbeeld door middel van systemen met waarschuwingslampjes of prikkels als de afstand tot de voorligger echt te kort wordt'. Hij doelt daarbij onder meer op de mogelijkheden die het toekomstige satellietsysteem 'Galileo' kan bieden.



Gat

Cees Wildervanck vindt dat de 2-seconden-regel letterlijk en figuurlijk te ver van de mensen afstaat en daardoor niet doelmatig is. ‘Zodra iemand die afstand zo ver laat oplopen, hebben haastige medeweggebruikers het gat binnen de kortste keren al gevuld’, waarmee bovendien verkeersonveiligheid eerder wordt gegenereerd dan verminderd. Campagnes zouden moeten mikken op de persoonlijke baat die mensen bij naleving hebben. Dus, laat in spotjes maar zien waartoe bumperkleven kan leiden. Nog beter is om te tonen dat je veel relaxter rijdt als je met alleen je gaspedaal afstand kunt houden, zonder steeds op de rem te hoeven gaan staan.'

 
 
Bron: Verkeerskunde.nl
 
  17-12-2003  


|

FlitsKaart