Zware overtreding zwaar bestraffen





 


Een verkeersovertreding maken bij onze oosterburen wordt een dure zaak. Bumperkleven of te hard rijden? Tot €2000 boete. Met drank of drugs achter het stuur? €3000. Pas als het in de portemonnee werkelijk pijn doet, meent verkeersminister Tiefensee, veranderen wegpiraten hun gedrag. Een kleine meerderheid (52%) kan zich helemaal in zijn gedachtegang vinden.



De helft van de deelnemers aan de Stelling van de Dag stelt echter dat hogere verkeersboetes niet voor meer veiligheid zorgen. Volgens 58% zijn hogere boetes alleen bedoeld om de staatskas te spekken. 52% meent dan ook dat de Nederlandse verkeersboetes in geen geval moeten worden verhoogd.



Dat vindt men waarschijnlijk vooral, omdat bijna de helft van de 3321 respondenten de afgelopen twaalf maanden snelheidsovertredingen heeft begaan. We zouden zo een krant of drie vol kunnen schrijven met reacties als deze: „Laatst werd ik, om twee uur ’s nachts op een totaal verlaten snelweg, aan de kant gezet, omdat ik tien kilometer te hard reed. Daarvoor moet je hooguit waarschuwen, niet beboeten. Als dit soort onschuldige overtredingen duurder wordt, zorgt dat echt niet voor meer veiligheid.”



Waar iedereen het wel over eens lijkt te zijn: gevaarlijke overtredingen als rijden onder invloed of jakkeren binnen de bebouwde kom mogen veel strenger worden aangepakt. „Dat zijn namelijk overtredingen die geen normaal mens maakt, ook niet de sportieve rijder.”



Toch is er ook een grote groep die vindt dat er sowieso harder opgetreden moet worden. „Elke verkeersdode is er één te veel”, zegt iemand. „Als je weet dat door rood licht rijden of bumperkleven je honderden euro’s kost, laat je het echt wel uit je hoofd.”



„Een verkeersboete is vrijwillige belasting”, stelt een ander. „Je kiest er zelf voor om de regels te overtreden.”



Eenderde wil dat verkeersboetes inkomensafhankelijk worden. „Mensen met een laag inkomen worden nu verhoudingsgewijs harder gestraft dan rijkaards: zolang je geld hebt, kun je rustig het gaspedaal intrappen. Dat creëert rechtsongelijkheid.”



Een week geleden werd bekend dat ook Griekenland een groot deel van de verkeersboetes omhoog schroeft. In dat land vallen per miljoen inwoners 180 verkeersdoden. Dat is het hoogste aantal in Europa, drie keer zoveel als in Nederland. Rijden onder invloed kost in Griekenland tussen de €78 en €157, dat wordt straks tussen de €200 en €800. In Nederland gelden bedragen tussen de €220 en €1000.



Europa lijkt steeds meer te worden geaccepteerd als eenheid. Wilden we vroeger niets van Europese regelzucht weten, nu vindt 55% dat verkeersboetes in heel Europa gelijk moeten zijn. 63% vindt dat de maximumsnelheid identiek moet zijn en 84% pleit voor gelijkluidende verkeersregels.



Werkgever

Bedrijven en instellingen moeten opdraaien voor snelheidsboetes van hun werknemers als het personeel niet met opzet te snel reed in een auto van de zaak, zo oordeelde het gerechtshof in Den Haag onlangs. Deze uitspraak vinden de meeste mensen maar raar. Volgens 71% weet iedereen dat te hard rijden niet mag, daar kun je je werkgever niet voor op laten draaien. 27% noemt het echter logisch dat de werkgever kleine boetes in diensttijd betaalt: je bent immers op pad voor je baas. 79% stelt dat een werkgever nooit de opdracht mag geven om de maximumsnelheid te overtreden. „Ook al ben je procureurgeneraal”, zo verwijst een respondent naar Dato Steenhuis, die zijn chauffeur stelselmatig 140 kilometer per uur liet rijden.



De deelnemers in de leeftijd van 35 tot 55 jaar springen er in deze stelling uit: zij zijn in grote meerderheid tegen hogere boetes, tegen één Europese maximumsnelheid en voor inkomensafhankelijkheid van boetes. Bovendien vinden zij dat de baas op moet draaien voor overtredingen en hebben ze vaker een bekeuring gekregen voor rijden onder invloed dan andere leeftijdscategorieën.


 
 
Bron: De Telegraaf /abonnee gedeelte
 
  18-5-2006  


|

FlitsKaart